VAG ZM-Oost-D-33 Funke-Heidotting
Hermannus Franciscus Funke (24-12-1925 / 31-01-1972)
Maria Margaretha Funke-Lambers ( 14-02-1926 / 01-02-1990)
“Rust nu maar uit, je hebt je strijd gestreden”. Met deze eerste regel van een bekend gedicht kun je haar leven weergeven. Ze heeft geen gemakkelijk leven gehad. Veel ziekte en zorg. Ze heeft jaren haar man verpleegd.
Zijn ziekte was verschrikkelijk, vooral na de operatie, toen hij geen woord meer kon praten met zijn familie en kennissen. Blijmoedig schreef hij alles op om zo ’t contact met de zijnen te houden. Om de tijd te verdrijven deed hij met enthousiasme energiek zijn eenvoudige handenarbeid. Een voorbeeld is hij voor ons allen geweest van hoe de mens zich aan God kan geven in voorspoed, maar vooral in tegenspoed. Zo’n voorbeeldig leven moet diepe indruk achterlaten bij vrouw en kinderen en die hem gekend en bezocht hebben. Zijn gedachtenis kunnen we dan ook het best in ere houden om zijn voorbeeld te blijven navolgen.
Ook is zijzelf jarenlang ernstig ziek geweest. Heel haar leven is een strijd geweest om staande te blijven. In het ziekenhuis ontving ze een kaart met de woorden: “Kop OP” Dat waren woorden uit haar hart gegrepen. Want ondanks alle narigheid bleef ze moed en hoop behouden. Ze zocht en vond steun in haar geloof en had een groot vertrouwen in de moederlijke zorg van Maria. Haar kinderen en kleinkind waren voor haar een grote troost. We zijn er zeker van dat de goede God haar in Zijn liefde heeft opgenomen.
“Overnachten wil ik in Gods schaduw, gedragen op de wieken van Zijn adem. In Zijn handen wil ik mijn leven leggen, mijn naam geborgen weten bij de Heer. Op Hem heb ik vertrouwd, dat laat ik jullie na als een licht waarbij je verder zoekt”.