QR BC 02 Kruisweg – statie 11

Jezus wordt aan het kruis genageld

Het kruis ligt klaar; het vonnis is voltrokken. Jezus wordt aan het kruis genageld.
Zijn moeder Maria, haar zus, Maria Magdalena en de leerling van wie Jezus het meest houdt komen bij het kruis te staan.
Boven hem wordt een opschrift aangebracht: INRI. Iesus Nazarenus Rex ludaeorum. Een spotschrift “Dit is Jezus van Nazareth, de koning van de joden”.

Bij het kruis van Jezus stonden zijn moeder met haar zuster, Maria, de vrouw van Klopas, en Maria uit Magdala. Toen Jezus zijn moeder zag staan, en bij haar de leerling van wie hij veel hield, zei hij tegen zijn moeder: “Dat is uw zoon”, en daarna tegen de leerling: “Dat is je moeder”. Johannes 19, vers 26-27.